Nederland is sinds eind 2018 het eerste Europese land waar de ‘allerslimste’ insulinepomp van dit moment wordt gebruikt. Binnen ons land is het Albert Schweitzer ziekenhuis een van de eerste negen ziekenhuizen die de Medtronic Minimed 670G aan patiënten verstrekken. Het zijn allemaal ziekenhuizen met grote expertise op het gebied van insulinepompen. Behandelaren én patiënten zijn uiterst positief over de resultaten. De pomp kan, als eerste ooit, grotendeels zelf bepalen hoeveel insuline een patiënt met diabetes mellitus type 1 nodig heeft en de dosis direct toedienen.
Gedurende de dag leidt dit ertoe dat de bloedsuikerspiegel van de gebruikers veel stabieler blijft dan met andere hulpmiddelen. Het gevolg is dat de patiënt zich fitter voelt, beter slaapt, veel minder kans heeft op hypo’s (plotse dalingen in de suikerspiegel) en door dit alles minder stress ervaart. “De kwaliteit van leven gaat duidelijk vooruit”, zegt internist-endocrinoloog Rosalie Kiewiet-Kemper. “Deze pomp is een belangrijke ontwikkeling in de richting van uiteindelijk een kunstmatige alvleesklier.”
De alvleesklier is het orgaan dat bij patiënten met diabetes type 1 geen insuline meer aanmaakt. Zij moeten dit hormoon daarom zelf toedienen om de opname van suiker in het bloed te regelen. Dit vereist de hele dag door rekening houden met de inname en het verbruik van energie. Dan nog zijn er vaak ongewenste schommelingen. Te lage bloedsuiker kan leiden tot direct verminderd bewustzijn, te hoge bloedsuiker op termijn tot hart- en vaatziekten en orgaanschade. Daarom is het zaak om het suikergehalte zo stabiel mogelijk te houden. De nieuwe pomp, met daaraan gekoppeld een sensor in de huid, is hierin voor de patiënt een revolutionaire hulp.
“Ik heb veel minder schommelingen en hypo’s, het sporten gaat me veel makkelijker af en ik ga met een geruster hart slapen in de wetenschap dat mijn suikerspiegel ook ’s nachts veel stabieler blijft”, vertelt Esther de Jong-Mudde (39), een van de eerste gebruikers in het Diabetescentrum van het Albert Schweitzer ziekenhuis. “In het verleden heeft mijn man me ’s ochtends wel eens niet kunnen wekken omdat ik door een hypo buiten bewustzijn was.” De 70-jarige Tom Bäcker voegt aan het verhaal van De Jong toe: “Tot mijn grote verrassing laat deze pomp elke ochtend weer zien dat mijn bloedsuikergrafiek één rechte streep gedurende de nacht vormde, binnen de juiste bandbreedte. ‘Mijn suiker was vannacht waarschijnlijk stabieler dan de jouwe’, zeg ik nu gekscherend tegen mijn vrouw.”
De beide Dordtse patiënten gebruiken de pomp sinds enkele maanden en ervaren een enorm verschil in hun dagelijks leven. Bäcker: “Bij een hypo kun je niet meer normaal denken en de simpelste opdrachten niet meer uitvoeren. Je weet zelf niet dat het foute boel is. Voorheen was ik daarom terughoudend met alleen op pad gaan, want je denkt steeds: ‘Wie helpt me als ik een hypo krijg?’ Sinds ik deze pomp heb, is mijn aantal hypo’s met een factor tien afgenomen en word ik tijdig gewaarschuwd als mijn suiker omlaag duikt. Ik durf nu makkelijker naar buiten.”
Diabetesverpleegkundige Petra Kooij legt uit: “Elke vijf minuten verricht de sensor een meting in het lichaam. Bij een eventuele schommeling in het suikergehalte rekent de pomp uit hoeveel insuline nodig is om terug op de streefwaarde te komen. Hij geeft dan automatisch een ‘micro-bolus’ af, dat is een zeer kleine hoeveelheid insuline. Daarbij kan de pomp ook nog ‘leren’ van de reacties van het lichaam van de individuele gebruiker. Na een aantal weken werkt hij dus nog preciezer.” Overigens moet de patiënt bij grotere schommelingen op de dag, zoals na het eten en bij inspanning, de pomp nog steeds handmatig bijstellen om het apparaat voor te bereiden op grotere correcties. Kooij: “Bij dit type diabetes blijft vooruitdenken en rekenen altijd nodig.”
De Jong-Mudde: “Toch is het een wereld van verschil hoeveel minder ik er nu mee bezig ben. Er wordt me veel uit handen genomen. Dat geeft minder stress. Minder stress helpt weer om je bloedsuiker stabieler te houden. Na een hypo ben ik altijd helemaal uitgeput. Maar nu ga ik bijvoorbeeld de wintersportvakantie veel geruster tegemoet dan vroeger.” Op dit moment hebben tien patiënten van het Diabetescentrum in het Albert Schweitzer ziekenhuis de pomp in gebruik. Dit worden er meer, maar wegens de kosten zijn de criteria strikt. De pomp is voorlopig alleen beschikbaar voor patiënten met diabetes type 1 die veel schommelingen in hun bloedsuiker en vaak ernstige hypo’s hebben en die met een ‘eenvoudiger’ insulinepomp niet goed genoeg behandeld kunnen worden.
Dordtenaren Esther de Jong-Mudde en Tom Bäcker zijn enorm tevreden over hun slimme insulinepomp. Foto: Rechts internist Rosalie Kiewiet-Kemper, links diabetesverpleegkundige Petra Kooij. Midden: Esther de Jong-Mudde en Tom Bäcker
Bron: Albert Schweitzer ziekenhuis